De gevaren van overwerken: hoe beïnvloedt het je welzijn?
Onze Marktonderzoeker Niek Klaver studeerde in januari af met zijn scriptie over de relatie tussen overwerken, werknemerstevredenheid en emotionele uitputting. Hieronder een samenvatting van zijn onderzoek; hoe hij zijn onderzoek heeft vormgegeven, wat de uitkomsten waren en wat organisaties hieruit kunnen meenemen.
Overtijd: de negatieve gevolgen ervan en hoe ermee om te gaan.
In november 2003 werd de Europese arbeidstijdenrichtlijn (EWTD) uitgevaardigd. Deze richtlijn bepaalt dat werkgevers ervoor moeten zorgen dat hun personeel gemiddeld niet meer dan 48 uur per week werkt, inclusief overuren. De reden dat deze richtlijn werd ingevoerd was dat uit onderzoek bleek, dat lange dagen werken in verband staat met verschillende negatieve effecten op de geestelijke gezondheid, zoals emotionele uitputting, stress en depressie. Deze bevindingen wekten interesse op in de organisatiepsychologie voor het thema overuren en de effecten ervan op het welzijn van werknemers. Daarom was het mijn doel om meer inzicht te krijgen in deze onderwerpen door middel van mijn eigen academische onderzoek.
Wat willen we meten?
Als uitkomstvariabelen koos ik voor emotionele uitputting en werktevredenheid.
Emotionele uitputting is momenteel een hot topic, omdat het vaak wordt gezien als een kerncomponent van burn-out. Het kan worden omschreven als het gevoel van overbelasting en de mate waarin werknemers zich emotioneel leeggeroofd voelen. Daarnaast is werktevredenheid een belangrijk onderwerp in de organisatiepsychologie. Werktevredenheid kan worden beschouwd als een mix van omgevings- en psychologische factoren die ervoor kunnen zorgen dat iemand eerlijk toegeeft tevreden te zijn met zijn taak. Het is een belangrijk onderdeel van organisatieonderzoek, omdat het sterke gevolgen heeft voor het personeelsverloop en de prestaties. Om deze reden is het belangrijk om dieper inzicht te krijgen in hoe overwerken deze variabelen beïnvloedt.
De basis voor dit onderzoek is het job demands-resources model. Dit model stelt dat bepaalde werkeisen gezien kunnen worden als stressoren die kunnen leiden tot een verminderd welzijn van werknemers. Deze stressoren kunnen worden verminderd door job resources, wat positieve werkaspecten zijn die de werkbetrokkenheid en werkprestaties verhogen. Daarom was het doel van dit onderzoek om inzicht te krijgen in hoe elk aspect van psychologische empowerment van invloed is op de relaties tussen overwerken en onze uitkomstvariabelen, werktevredenheid en emotionele uitputting.
De modererende variabele
Als relatief nieuwe term zijn de effecten van psychologische empowerment nog niet veel bestudeerd. Het werd bedacht door Spreitzer in 1995 en beschreven als “een intrinsieke taakmotivatie die een gevoel van zelfbeheersing weerspiegelt in relatie tot iemands werk en een actieve betrokkenheid bij iemands werkrol”. Deze variabele is onderverdeeld in vier aspecten:
- Zingeving; de waarde van een werkdoel, beoordeeld in relatie tot iemands idealen of normen.
- Competentie; betreft het geloof van een individu in zijn vermogen om activiteiten uit te voeren met zijn vaardigheden en competenties.
- Zelfbeschikking; het gevoel autonomie te hebben als het gaat om besluitvorming.
- Impact; de mate waarin de medewerker invloed kan uitoefenen op de strategische, administratieve of operationele resultaten op het werk.
Wat is de opzet van dit onderzoek?
Voor de onderzoeksopzet is gekozen voor een dagelijkse aanpak van herhaalde metingen. Deze methode wordt vaak een (dagelijks) dagboekontwerp genoemd. Het voordeel van het ontwerp van de dagboekstudie is gecentreerd rond het vermogen om de dagelijkse fluctuaties van de uitkomstvariabelen vast te leggen, omdat ze vaak niet constant blijven voor mensen en in plaats daarvan van dag tot dag fluctueren. De deelnemers moesten ouder zijn dan 18 jaar en onder contract werken, zodat er een gedocumenteerd aantal uren was waarvoor ze werden betaald om te werken. Alle gewerkte uren naast het gedocumenteerde aantal uren werden beschouwd als overuren. Het eerste contact met de deelnemers werd gedaan via social media met een basisonderzoek om demografische informatie vast te stellen voor de controlevariabelen en hun niveau van psychologische empowerment. Daarna moesten deelnemers minimaal 15 keer, of drie volledige werkweken, een dagelijkse enquête beantwoorden. Ze kregen de opdracht om deze enquête in te vullen zodra ze die dag stopten met werken, voor de meest betrouwbare resultaten.
Wat waren de uitkomsten?
Met behulp van een lineaire regressie van de gegevens op meerdere niveaus, kon ik mijn resultaten verzamelen. Deze resultaten toonden aan dat:
- Het maken van overuren een negatieve invloed had op de dagelijkse emotionele uitputting en de dagelijkse werktevredenheid van werknemers.
- Het modererende effect van de vier aspecten van psychologische empowerment was niet zo definitief.
Voor de relatie tussen overwerken en werktevredenheid vertoonde alleen zelfbeschikking een significant verzachtend effect. Dit geeft aan dat wanneer deelnemers hoog scoren op zelfbeschikking, ze minder kans hadden op verminderde niveaus van werktevredenheid op dagen waarop ze overuren maakten.
Ik ontdekte ook, net als bij andere studies, dat alleen het aspect zingeving de relatie tussen overwerken en emotionele uitputting modereerde. Zingeving is vaak beschouwd als een primaire bron van interne motivatie voor werk, dus het is niet verwonderlijk dat dit werkt als een aspect voor emotionele uitputting. Toch is het verrassend dat zingeving niet significant was als moderator voor de relatie tussen werktevredenheid en overwerk. Zingeving bleek echter wel rechtstreeks verband te houden met werktevredenheid, wat erop wijst dat wanneer de waarden van werknemers in overeenstemming zijn met de waarden van een bedrijf, zij een hogere mate van tevredenheid met hun werk zullen ervaren.
Maar wat betekenen deze resultaten voor bedrijven?
Ten eerste biedt dit onderzoek een argument dat overwerken slechts spaarzaam moet worden gebruikt, omdat overwerken leidt tot verhoogde emotionele uitputting, wat in overmaat kan leiden tot burn-out. Bovendien laten de resultaten van dit onderzoek zien dat overwerken kan leiden tot verminderde werktevredenheid, wat op zijn beurt kan leiden tot verminderde prestaties of een lagere omzet.
Ten tweede levert dit onderzoek bewijs voor de job demand-resources theorie, aangezien zingeving en zelfbeschikking werkaspecten waren voor respectievelijk emotionele uitputting en werktevredenheid. Dit toont aan dat de negatieve effecten van bepaalde taakeisen kunnen worden verzacht door positieve organisatorische componenten. Er is echter meer onderzoek nodig om definitief antwoord te geven over de effecten van psychologische empowerment als moderator voor de negatieve effecten van overwerken.
Ten slotte toonde dit onderzoek aan dat de bereidheid om over te werken ook de negatieve effecten van overwerken verminderde. Wanneer overwerken gunstig of onvermijdelijk is voor de organisatie, kan het verkrijgen van inzicht in de opvattingen van werknemers over overwerk dus waardevol zijn.